Blaasspoeling met Mitomycine (Folder)

Catharina Kanker Instituut Urologie
Michelangelolaan 2
5623 EJ Eindhoven

040 - 239 91 11
Catharina een Santeon ziekenhuis

Blaasspoeling met Mitomycine (Folder)

De uroloog heeft kwaadaardige blaastumoren bij u geconstateerd. De blaastumoren zijn verwijderd, maar kunnen terugkomen. Om de kans hierop te verkleinen, krijgt u een blaasspoeling met Mitomycine. Bij een blaasspoeling wordt de blaas met medicijnen gespoeld.

In deze folder vindt u meer informatie over de blaasspoeling met Mitomycine. Het is goed u te realiseren dat de situatie voor u anders kan zijn dan hier beschreven is.

Blaastumoren

Een paar weken na het verwijderen van de blaastumoren vindt de eerste blaasspoeling plaats. Dit gebeurt op het Urologisch Behandelcentrum. Er zijn meerdere middelen die voor blaasspoelingen worden gebruikt. De uroloog bepaalt welk middel bij u het meeste effect zal hebben. In uw geval heeft uw uroloog gekozen voor Mitomycine (MMC-spoelingen). Dit is een medicijn dat de groei van kankercellen remt. De behandeling heeft het meeste succes wanneer een bepaald schema wordt herhaald. U begint met een serie van 4 blaasspoelingen, éénmaal per week, gedurende 4 weken. Daarna komt u nog 5 keer één keer per maand. Tussentijds zullen er regelmatig controles (cystoscopie) plaatsvinden om te controleren of de behandeling succes heeft.

Belangrijke aandachtspunten

  • Wij adviseren u om vier uur voorafgaand aan de spoeling zo weinig mogelijk te drinken.
  • Heeft u klachten na de vorige spoeling? Dan verzoeken we u dit te melden voordat u de volgende spoeling krijgt.
  • Bij klachten die kunnen duiden op een blaasontsteking, wordt eventueel urine opgevangen en onderzocht op ontstekingscellen. Als blijkt dat u een blaasontsteking heeft, moet de blaasspoeling worden uitgesteld.
  • Mitomycine is paars van kleur. Schrikt u dus niet van de kleur van uw urine als u de vloeistof weer uitplast.
  • Als u diuretica (plastabletten) gebruikt, neem de tabletten dan na de behandeling in en niet ervoor.

De behandeling

Op de dag van de behandeling meldt u zich op de afgesproken tijd op de polikliniek Urologie.

Een verpleegkundige brengt een katheter in uw blaas. Een katheter is een dun buigbaar slangetje dat via uw plasbuis tot in uw blaas wordt opgeschoven. Hierdoor wordt de spoeling in uw blaas gebracht. De katheter zal hierna weer worden verwijderd. U wordt dan verzocht de spoeling minimaal 1,5 uur tot maximaal 2 uur in uw blaas te houden. Na de blaasspoeling mag u naar huis.

Zit de spoeling minimaal 1,5 uur tot maximaal 2 uur in uw blaas of krijgt u zo’n aandrang om te plassen dat u het niet meer op kunt houden, dan mag u de spoeling uitplassen.

Leefregels

  • Start met drinken na het uitplassen van de spoeling. Het advies is om 1,5-2 liter per dag te drinken.
  • Op de dag van de behandeling en de dag erna moet u ervoor zorgen dat uw urine niet in contact komt met uw huid. De ingespoten vloeistof kan de huid namelijk plaatselijk irriteren. Mannen kunnen het beste zittend plassen.
  • Geadviseerd wordt op de eerste dag na ieder toiletbezoek uw geslachtsdelen te wassen met ruim voldoende water.
  • Spoel in de eerste 24 uur na de behandeling, het toilet na het plassen twee keer goed door, met de deksel dicht. Na het toiletbezoek is het belangrijk om de handen goed te wassen met water en zeep.
  • Wanneer u urine buiten het toilet morst, in de eerste 24 uur na de behandeling, moet u de omgeving goed schoonmaken met water en allesreiniger. Gebruik hierbij handschoenen.
  • Incontinentiemateriaal dient de eerste twee dagen na de spoeling weg gegooid te worden in een aparte afvalzak. Dit mag een plastic zakje/boterhamzakje zijn. Vervolgens dit dichtgeknoopte plastic zakje deponeren in een plastic vuilniszak en gewoon met het huisafval weggooien.
  • Als er, in de eerste 24 uur na de behandeling, vloeistof op uw kleding komt, spoelt u de kleding eerst met een koud wasprogramma in de wasmachine. Was uw handen daarna grondig met water. Was de kleding daarna nog een keer op een normaal wasprogramma.
  • Wij raden u aan op de dag van de spoeling en de dag erna geen geslachtsgemeenschap te hebben.

Mogelijke risico’s en bijwerkingen

De blaasspoeling Mitomycine komt niet in de bloedbaan. Het veroorzaakt daarom geen haaruitval of misselijkheid. De meeste patiënten verdragen blaasspoelingen probleemloos. Als er toch bijwerkingen zijn, gaat het meestal om klachten aan de blaas, zoals:

  • Veelvuldige aandrang om te plassen;
  • Een pijnlijk of branderig gevoel in de blaas en de plasbuis;
  • Moeite met ophouden van de urine;
  • Bloed of weefseldeeltjes bij de urine.

Belangrijk te weten voor patiënten met een kinderwens:

  • De kwaliteit van sperma kan achteruitgaan.
  • Het advies bij een zwangerschapswens is om niet zwanger te worden binnen 6 maanden na de laatste blaasspoeling.

Wanneer moet u contact opnemen?

  • Bij koorts boven de 38,5 graden Celsius;
  • Als u koude rillingen, spierpijn, hoofdpijn, braken, griepgevoel, duizeligheid of hoesten heeft en dit langer duurt dan 12 uur;
  • Als u rode vlekken krijgt;
  • Wanneer uw plasklachten aanhouden en niet binnen twee dagen verdwijnen door extra te drinken.

Tijdens kantooruren belt u met de polikliniek Urologie. Buiten kantooruren belt u de Spoedeisende Hulp (SEH). De telefoonnummers vindt u onder het kopje ‘Contactgegevens’.

Opleidingsziekenhuis

Het Catharina Ziekenhuis is een opleidingsziekenhuis. Wij bieden tal van opleidingsmogelijkheden voor artsen, verpleegkundigen en paramedische beroepen en werken daarin nauw samen met opleidingscentra en –ziekenhuizen in de regio. Dit kan betekenen dat uw behandeling, onderzoek of operatie (mede) uitgevoerd wordt door een zorgverlener in opleiding. Denk hierbij aan een arts in opleiding tot specialist, een coassistent of een verpleegkundige in opleiding. Veiligheid is het allerbelangrijkste, daarom staat de zorgverlener in opleiding altijd onder supervisie van een gekwalificeerde zorgverlener. Indien u uitdrukkelijk niet wenst geholpen te worden door een zorgverlener in opleiding, kunt u dit aangeven bij uw behandelend arts.

Vragen

Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen? Neem dan contact op met de polikliniek Urologie.

Contactgegevens

Catharina Ziekenhuis
040 – 239 91 11
www.catharinaziekenhuis.nl

Polikliniek Urologie
040- 239 70 40

Spoedeisende Hulp (SEH)
040 – 239 96 00

Routenummer(s) en overige informatie over de afdeling Urologie kunt u terugvinden op www.catharinaziekenhuis.nl/urologie


© 2024 Catharina Ziekenhuis
Alle rechten voorbehouden